De activiteit die ‘filmkijken’ heet
“Seeing is believing” stelde filmsemioticus A.A. Berger. Hoewel foto’s snel aan bewijskracht inleveren in onze digitaliserende samenleving, blijft de kracht van beeld niet te onderschatten. Zeker niet als je dat beeld combineert met geluid en zo tegelijk twee primaire zintuigen bespeelt. Dé reden waarom onderwijzers film het klaslokaal in hebben gesleept zodra dat doenlijk en betaalbaar werd, schuilt in precies dit principe. Je kunt iets vertellen, je kunt het omschrijven, je kunt er een foto van laten zien, maar niets komt zo dicht bij een real life-ervaring als film. En dat ervaringen van grote waarde zijn voor het onderwijs is in veel onderzoek al bewezen en wordt door docenten in elke tak van sport onderschreven. Film moet daarmee niet worden gedegradeerd tot een slap aftreksel van de werkelijkheid die we eígenlijk hadden willen laten zien. Het biedt een vertaling van de werkelijkheid, en juist dát biedt voor onderwijsdoeleinden ongekende mogelijkheden.
Film is toch niet activerend?
Maar al te vaak wordt film afgedaan als een passief medium dat toeschouwers weliswaar weet te pakken, maar dat als activerende werkvorm geen credits krijgt. Ten onrechte! Zoals ieder communicerend medium vraagt ook film om een zender die informatie verschaft en een ontvanger die daar chocola van maakt. En iedere toeschouwer doet dat op zijn eigen manier, afhankelijk van zijn persoonlijke ervaringen, voorkennis en verwachtingen. Het is niet de film die een verhaal vertelt, het is de toeschouwer die in zijn hoofd een verhaal construeert. Montage is hierin de sleutel: Zet twee beelden achter elkaar en je ziet een verhaal. Vervang het tweede beeld door een ander en er ontstaat een nieuw verhaal, waarin de betekenis van het eerste beeld verandert (Kuleshov-effect).
1. Man is verdrietig, 2. Man heeft honger, 3. Man begeert vrouw
De toeschouwer is in het kijkproces steeds op zoek naar verbanden en naar oorzaak-gevolg relaties. Film kijken activeert het denken.
Zo beschouwd is film een waardevol gereedschap in de handen van docenten. Een onderwijstool die het mogelijk maakt op activerende wijze droge materie te verbinden met de wereld om ons heen; Mits de maker van de film het medium goed weet te bedienen. Het aantal docenten dat zich aan een eigen filmproductie waagt, al dan niet ondersteund door een technisch team groeit gestaag. Met wisselende uitkomsten. En dat is mooi! Al doende leert men en zo maken onderwijsontwerpers zich dit gereedschap langzaam aan eigen. Om iets waardevols te kunnen maken of te vinden (leve het wereldwijde web!) hoef je echt geen filmacademie te hebben gestudeerd, maar dat een collegeregistratie niet de volledige potentie van het medium benut, moge duidelijk zijn. Elk gereedschap heeft zo zijn eigen gebruiksaanwijzing, zo ook film. Weten dat dat zo is, is stap één, op zoek gaan naar de inhoud van die gebruiksaanwijzing is de volgende. Ik houd jullie op de hoogte…
Top-foto: Michelle Dennis