Video voor het onderwijs: waar moet je rekening mee houden?

Hoe kunnen we het gebruik van video voor het onderwijs op een hoger niveau brengen? Dat was de kern van het ‘oploopje’ georganiseerd door Theo van den Bogaart en Winnifred Wijnker op 28 januari. Vanaf het begin van dit jaar is Winnifred één dag per week verbonden aan de Faculteit Educatie. Zij combineert dit met haar werk aan het Freudental instituut van de Universiteit Utrecht, waar zij (promotie)onderzoek doet over hoe je video voor het onderwijs kunt inzetten. We hebben natuurlijk het AV Team dat goed beeldmateriaal maakt voor de blended modulen, maar we willen ook gebruik maken van onderzoek over het gebruik van beeldmateriaal binnen onderwijs, zodat we het gerichter kunnen inzetten.

Hoe kun je video voor het onderwijs inzetten?

Winnifred bespreekt welke kenmerken video heeft (registreren, vertragen, uitvergroten, online delen, etc), hoe je die in je onderwijs kunt inzetten, (tijd en plaats onafhankelijk, oa.). Ze noemt veel voorbeelden: je kunt voordoen hoe je sommen maakt; je kunt het gebruiken om een college op te nemen; met of zonder docent; een powerpoint/prezi met voice-over laten zien; handelingen registreren; etc, etc. Daarbij is het wel duidelijk dat er geen perfect recept is voor video voor het onderwijs. Het hangt af van doel, de context, etc.

Vervolgens bespreekt ze hoe je met film je onderwijs kunt vormgeven. Wil je interactie? Wat betekent dat dan voor de video? Duidelijk wordt gaandeweg dat alle communicatie eisen ook op video materiaal van toepassing zijn: welke boodschap wil je overdragen? Hoe vertel je het verhaal (want een video is ook een verhaal). Aan wie, en welke voorkennis en ervaring heeft die persoon? De interpretatie van de ontvanger (de student) staat daarbij altijd centraal. Deze past de boodschap namelijk binnen zijn/haar eigen context.

Middenin de sessie laat Winnifred een mooi voorbeeld over het maken van onderwijsfilmpjes (Kijktip: Vi Hart, Wind and Mr Hug). Hier gaat het over een mooi verhaal vertellen, waar je zelf voortdurend invult: hoe gaat het aflopen, waarom dit verhaal, hoe zou dit ook kunnen zitten? En om de student tot denkend actie aan te zetten: hoe breng je iets over zonder alles in te vullen, en laat je ruimte over voor vragen?

Een leuke, doch lastige klus. Dus waren er ook allerlei vragen: moeten we scripts gaan schrijven? Wat is een goede manier om studenten te activeren en te motiveren? Wat vraagt dat van de kwaliteit van de opnamen? (veel ;)) Een discours dat wordt vervolgd.